Laatst ben ik voor het eerst in mijn leven een fotorolletje verloren. Een fotorolletje met foto’s van een meneer uit het hospice. Ben wel drie keer de route heen en weer gefietst. Niet meer kunnen vinden. Buikpijn en een vervelend, schuldig gevoel. Uit mijn tas gerold?!? Geen idee. Wist ik maar waar, wanneer en hoe! Direct een melding gemaakt op verloren voorwerpen van de gemeente Utrecht en gekeken op gevonden voorwerpen. Wat daar allemaal staat aangegeven als verloren: sleutels, kinderpoppenkastpop, i-phones, rugzakken, huwelijksboekje van de gemeente Amsterdam, een nintendo spelcomputer, etc etc. Helaas geen fotorolletje. Het stelde me gerust dat iemand, zodra het zou worden gevonden, vast het rolletje zou openmaken waardoor er licht bij zou komen en de foto’s weg zouden zijn. En gelukkig is wat ik maak respectvol.
Ik was al twee keer bij deze meneer geweest. De eerste keer had ik teveel afstand. Mijn eigen proces? De tweede keer was prachtig, erop en dichtbij, alleen geen rolletje meer, nu moest ik zeggen dat ik het rolletje had verloren. Met bibberende benen ging ik naar hem terug. Ik zei dat ik voor het eerst in mijn leven een rolletje had verloren. Dat het me speet. Pffff. Of ik……
Hij: Je wil een nieuwe foto maken? Ga je gang, is goed mevrouw. Is goed.
Ik was echt heel blij. Zo ziek als hij was, gaf hij mij ruimte om weer foto’s te mogen maken. Echt zo prachtig. Zo kippenvelmakend blij was ik. Zo’n mooie meneer. Misschien ook een fijne afleiding? Ik hoop het.
Een keer eerder heb ik een vrouw in het hospice drie keer op portret gezet. Ik denk dat het wel vier jaar geleden is, misschien zelfs langer.
De eerste keer was ze net in het hospice. Ze zat rechtop in bed, strenge bril op, strenge blik, handen op elkaar en ze keek naar buiten. Ze had net haar man begraven en lag nu zelf in het hospice. Opeens bleek ook zij ongeneeslijk ziek. Doorgegaan met (over)leven om haar man te helpen, bij te staan? Eigen pijn en gevoel genegeerd?
De tweede keer was beter, ze was er al wat langer en was letterlijk meer gezonken in haar bed en in haar kussens. Ze was zachter, alerter, had meer interesse, ze was ER. Dit rolletje bleek, toen ik het terug kreeg, met een hele vreemde zweem gescand. Blauwig. Ik moest en wilde graag terug. Een derde keer, en ook deze mevrouw had ruimte, ze was echt prachtig. Ze lag op haar zij met wat leek een volledige acceptatie, het was te voelen, te zien in haar houding, te zien op de foto, in haar ogen te herkennen. RUST. Om er te zijn? Om te sterven? ACCEPTATIE. Van de situatie? Van het naderende einde? Bewondering voelde ik. Het had tijd nodig gehad en was meer dan de moeite waard.